Mijn laatste producten uit Parijs beginnen op te raken. De wasverzachter die ik in de eerste weken van mijn uitwisseling aanzag voor wasmiddel, de nagellakremover van Bourjois die ik verkoos boven het huismerk om het nagellakremoven wat spannender te maken, de watjes om de nagellakremover op te doen (dat het anderhalf jaar duurde totdat ik daar doorheen ben, is veelzeggend); overal is nog maar een klein restje van over.
Natuurlijk zijn er ook spullen die niet op kunnen raken. De boeken in mijn kast, het vest dat ik nu draag. Veel hardloopspullen. Mijn citroenpers, ook niet onbelangrijk.
Laatst hadden we een college dat deels ging over consumptiegoederen (want dat zijn al die leuke dingen uit Parijs: gewoon ordinaire gebruiksartikelen, zooi). Consumptiegoederen, werd uitgelegd, zijn dragers van culturele ideeën die al te snelle vooruitgang tegen kunnen gaan. Hierbij ging het eigenlijk vooral over grotere ideeën en ontwikkelingen in de maatschappij, maar het geldt net zo goed voor de ideeën die mijn spulletjes uit Parijs uitdragen. Zolang ik nog een beetje Monoprix-wasverzachter bij mijn lakens kan gooien, ben ik nog steeds niet helemaal weg.
Achteraf gezien zou ik willen dat ik meer had gekocht. Meer gebruiksvoorwerpen, meer meubels, meer zooi. Al dat minimalisme ook altijd, ik had gewoon voor één keertje helemaal los moeten gaan. Teruggaan en die spullen (opnieuw of voor het eerst) kopen heb ik in sommige gevallen gedaan, maar dat is toch niet helemaal hetzelfde. Ik had half Parijs naar Amsterdam mee moeten slepen, die ene keer dat ik terugging.
Meestal als ik zulke dweperige gedachten aan Parijs heb, probeer ik te denken aan een bepaald moment in de wasserette. Eigenlijk kan ik iedere herinnering aan de wasserette hiervoor gebruiken, maar er is één herinnering die het best werkt. Ik zat op een herfstige dinsdag te wachten tot mijn was klaar was. Buiten was het grauw en nat. Binnen was het koud en iedere keer als iemand de deur open deed, werd het nog kouder. Ik had mijn jas aan en probeerde te lezen, maar het lukte niet, want een ruimte vol wasmachines leidt te veel af. Ik dacht toen: hier is niets aan. Hier valt echt niets te winnen. Ik had net zo goed in Nederland kunnen blijven.
Het helpt nog steeds niet echt, maar dat vind ik juist wel fijn.
Awww – de omgekeerde versie van heimwee :O
Schattig!
Inderdaad schattig 🙂
Ik ben trouwens voor het eerst van mijn leven soort van in Parijs geweest. In Disneyland namelijk. Zonder ook naar Parijs zelf te gaan. Ga je me nu slaan?
Het is dat je iets te ver weg bent, anders kon je een oplawaai verwachten ja.
Vond je Disneyland leuk?
Als ik in je buurt was geweest dan had ik het natuurlijk ook niet gezegd.
Jaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaa
HAHA bij jou doet ie het ook niet goed (A)
(Bij mij inmiddels wel :D)
Het is in ieder geval fijn dat je die citroenpers dus nog hebt (waar gebruik je die trouwens voor, ik bedoel.. hoe vaak pers je nou een citroen?)
Hahaha, iedere dag! Ik drink iedere ochtend citroen, aangelengd met water :’)
ik wil ook een keer naar parijs! (sip gezicht) maarre.. verder vraag ik me hetzelfde af als Bente
Jammer. Ik hoopte op een foto gemaakt door Juh Vadur.
Hahahaha. Sorry!
Hah, herkenbaar. Maaaaar dat maken de souvenirs ook souvenirs [/diepe shit].
Ik ben blij dat de diepzinnige boodschap is overgekomen 8)
(Jammer, ik hoopte dat die 8) een smiley met zonnebril was, maar kennelijk niet)
Wat schattig.