Category Archives: muziek

(ik zoek een nieuwe) kerstblues

Inmiddels is het alweer 11 december en ik heb nog steeds geen zin in Kerstmis. Een unicum.

Zoals ik in mijn vorige blog al zei, krijg ik normaal gesproken altijd in april al zin in kerst, of niet zozeer in het feest zelf, meer in die hele periode eromheen. Al die lichtjes. Die kerstboom. De kerstliedjes.

Dit jaar niet.

Het zal ongetwijfeld iets te maken hebben met het feit dat deze kerst er niet uit zal zien zoals ik had gehoopt. Ik droomde van een Echt Huis met een Eigen Kerstboom waarin ik met Tim een vijfgangendiner zou bereiden voor onze gasten. Helaas hebben we nog steeds geen huis, dus we kunnen er ook geen Kerstmis vieren. Wordt het weer een ontheemde kerst op een studentenkamer waar geen kerstboom in past. Nou ja, qua ruimte zou het wel kunnen, maar qua sfeer niet.

En dan die kerstliedjes hè, daar word ik dus nu al helemaal kierewiet van. Te. Vaak. Gehoord. Er zouden eigenlijk eens nieuwe kerstnummers opgenomen moeten worden, geen covers, maar gewoon nieuwe, want ik heb het gevoel dat er op de radio nu maar vijf verschillende nummers roteren, waarvan er vier erg matig zijn. De enige nummers die ik te pruimen vind (naast de volledige kerst-cd van The Carpenters) zijn Do they know it’s Christmas (ik weet dat ik vijf jaar geleden op mijn blog schreef dat het ‘een draak van een nummer’ was, maar ik was gewoon zelf een draak. Ik bedoel, Boy George en Sting in één nummer! Halloooooooo! Beter dan dit worden de jaren ’80 niet!) en Wrap myself in paper van Magnus Carlsson.

Die laatste kennen jullie alleen denk ik niet, want hij komt nooit op de radio. Als je had gedacht dat DTKIC een fout nummer was: dan heb je WMIP nog niet gehoord. Nee echt, erger dan dit wordt het niet, en het is prachtig. Ik word altijd zo gelukkig van dit nummer. Please, doe jezelf (en mij) een plezier, zet het even op:

Wat ik hier zo leuk aan vind, is dat het zo heerlijk onbeschaamd is. Jezelf als cadeau geven! Ingepakt en wel! Bovendien hóór je gewoon de lach op het gezicht van Magnus terwijl hij dit zingt. Die man is zo blij joh, ik krijg er bijna toch weer zin van in kerst.

(Hij in Nederland trouwens niet zo bekend, maar hij zat ook in Alcazar, je weet wel, van Crying at the discotheque, en allemaal andere nummers met bizarre clips (dit is nog de minst rare). Ik ben echt gek op die vent, hij staat op nummer nummer 9 in Lisa’s Top 10 Favoriete Zweden Aller Tijden)

Maar ja, dit draaien ze dan weer niet op de radio hè, altijd alleen maar die verdomde Mariah Carey.

Dus nee, de kerstsfeer zit er bij mij nog niet echt in.

Goed, terwijl ik dit typ zit ik mezelf een beetje uit te lachen (dat dan weer wel), ik lijk nu echt zo’n grinch uit een of andere kerstfilm, zo iemand die nog moet leren dat de ware betekenis van Kerstmis is dat je gezellig samen bent enzovoort enzoverder, en dat het geen zak uitmaakt dat je zelf geen boom hebt of doordraait dankzij de radio! Maar ja, de grinch wordt natuurlijk altijd pas aan het einde van de film (als het daadwerkelijk Kerstmis is) vrolijk, en dat duurt nog wel ff.

Dus bij dezen, omdat ik geen tijd heb om hierop te wachten, een verzoek: weten jullie nog kerstliedjes die níet non-stop op de radio gedraaid worden? Leuke kerstliedjes? Jullie kennen mijn muzieksmaak, maar als je me per se een van je eigen favorieten wilt opdringen, vind ik dat ook niet erg (ik zou dat namelijk hetzelfde doen als je me de kans gaf).

Please? Ik heb gewoon zo’n zin om zin te hebben in Kerstmis.

6 Comments

Filed under muziek

over birdy en je onnodig bejaard voelen

birdy concert

Foto door Julia

Een van de meest tragische dingen aan ouder worden is dat de populaire celebrity’s du jour steeds jonger worden. Hiermee doel ik niet op alle gezichtsverbouwingen die zij regelmatig ondergaan terwijl jij steeds verder verschrompelt, maar op het feit dat de ouder wordende modellen/acteurs/muzikanten telkens weer worden ingeruild voor vers showbizzbloed – op een gegeven moment zelfs jonger dan jijzelf. Ik weet nog goed hoe beroemd Dakota Fanning in mijn tienerjaren was en hoe erg ik dat vond. Zij was drie jaar jonger dan ik, niet alleen op het scherm maar ook ‘in het echt’ – en nu al zo succesvol. Wat kon ik dan nog doen met mijn leven?

(Het ironische hieraan is dat ik helemaal geen acteerambities heb en dus eigenlijk ook niet mag betreuren dat ik voorbijgestreefd word door iemand die later geboren is dan ik. Toch doe ik het. Een beetje.)

Dit is overigens niet de reden waarom ik altijd een hekel had aan zangeres Birdy, die een megahit scoorde toen zij vijftien was en ik twintig. Aan Birdy had ik gewoon een hekel omdat ze irritant was. Dat Skinny Love-gezever werd con-ti-nu op de radio gedraaid, ‘s ochtend, ‘s middags, ‘s avonds, het leek wel alsof er geen andere nummers meer bestonden, en dat terwijl het helemaal niet mooi of interessant klonk – ik vond het maar een suf, laf zeikliedje.

(En ik bedoel, sorry hoor, maar een artiestennaam als ‘Birdy’, dat is toch ook iets dat alleen maar verzonnen kan zijn door een prepuber???)

Maar goed, inmiddels zijn we ook weer vijf jaar verder en ben ik veel meer zen (zenner?) dan in mijn jeugd, dus toen een vriendin aan mij vroeg of ik mee wilde naar Birdy, lachte ik geen woedende heksenlach. Sterker nog: ik zei dat ik het zou overwegen. Dus ik ging wat nummers van deze zangeres luisteren, benieuwd waarom Julia daar nou zo graag naar toe zou willen. En weet je? Ik begreep het nog ook. Ondanks dat dat kind nog steeds geen twintig is (!), zit haar laatste album hartstikke goed in elkaar. De liedjes zijn mooi, interessant en absoluut niet laf en zeikerig.

Dus ik zei ja tegen Julia, en gisteren gingen we naar het concert. Het eerste dat me opviel was de enorme rij waarin we moesten gaan staan om binnen te komen, zelfs al was het voorprogramma al begonnen toen wij aankwamen. Het tweede dat me opviel was dat de meeste mensen in de zaal nog ouder waren dat wij. Dat was erg fijn, want daardoor voelde ik me toch weer net wat minder bejaard.

En toen Birdy ging zingen en spelen, vergat ik hoe jong ze is. Zo kinderachtig klinkt ze namelijk niet. Plus: daar hou je je niet mee bezig tijdens een concert. Dan heb je wel betere dingen te doen dan nadenken over de leeftijd van de artiest (althans, als het een goed concert is tenminste). Ik had er in ieder geval geen tijd voor. Ik genoot te veel – zelfs van Skinny Love.

Het was prachtig, die onderwatermuziek, en Julia en ik willen onze haren nu ook laten groeien tot onze navel.

We hebben besloten dat we daar nog niet te oud voor zijn.

12 Comments

Filed under leven, muziek

dat ene liedje, dat ene moment

Weten jullie nog, 2005? Het jaar waarin James Blunt, Akon en Schnappi ons tot waanzin dreven met hun irritante hitjes, Madonna een comeback maakte met Hung Up en cd’s nog superduur waren? Het was één jaar voordat Spotify het levenslicht zag, we waren hartstikke trots op onze supergrote iPods en downloaden was voor normale brave burgers destijds iets Vet Engs.

Ikzelf luisterde het hele jaar zo’n beetje alleen maar naar Hopes and Fears van Keane, omdat ik als 14-jarige verder maar twee andere cd’s had en daar toevallig net overheen was gegroeid. Mijn god, wat luisterde ik vaak naar die cd, hij stond non-stop op repeat. Nu zou ik er krankzinnig van worden, maar toen vond ik het wel lekker rustgevend. Ik had trouwens ook niet echt veel keus: cd’s waren nogal duur en in 2005 was ik maar één keer jarig. Bovendien kende ik op dat moment niet zoveel andere bands waar ik echt een cd van nodig had.

Wilde ik toch andere muziek luisteren, dan moest ik MTV, TMF of The Box aanzetten. Ik lag hele dagen op de bank te zappen tussen deze drie zenders, eindeloos lang wachtend tot mijn favoriete clips eindelijk zouden worden afgespeeld (vooral deze omg en deze – of gewoon Keane, zelfs al luisterde ik dat al continu, dat maakte niks uit). Iedere keer als er een van mijn lievelingsliedjes werd gedraaid, voelde het alsof ik een cadeautje kreeg (het was alleen zo balen als er nét een leuk nummer begon als m’n ouders thuiskwamen uit hun werk en het waagden om tegen me te praten en zo).

Nee, het was armoe troef, die muziekcultuur op mijn veertiende. Ik kon niet doorklikken, niks herhalen en al helemaal niets wegklikken. Hoe anders is dat nu: op YouTube kan ik alle muziek vinden die ik zoek, en als het er niet op staat, kan ik het downloaden (legaal of illegaal). Spotify schijnt ook een goudmijn te zijn (maar dat heb ik niet, ik heb het niet nodig). Mijn cd-collectie barst uit z’n voegen, zelfs al koop ik zelden cd’s. We komen om in de muziek en dat is heerlijk.

En toch, toen ik vorige week anderhalf uur met mijn ouders in de auto had gezeten en bij bijna-thuiskomst ineens The power of good-bye werd gedraaid op de radio, baalde ik een beetje dat we de auto moesten verlaten. Niet dat ik dit nummer niet meteen op mijn telefoon kon gaan luisteren , en niet omdat ik Madonna als heilige vereer en vind dat je haar muziek niet zomaar uit mag zetten (zo veel hou ik namelijk nou ook weer niet van Madonna).

Nee, gewoon, omdat ik al anderhalf uur geen redelijk leuk liedje op de radio had gehoord, en het niet kon uitstaan dat ik na zo lang wachten nu niet tot het eind kon genieten van dat bijzondere moment waarop er ineens wel een leuk liedje cadeau werd gedaan. Ja, natuurlijk kon ik dat nummer meteen zelf opzetten, maar dat zou toch niet zo leuk zijn als het nummer op de radio horen.

Het is misschien stom en nutteloos om van zoiets te balen, maar het stemt me ergens ook weer gelukkig: in deze tijden van muzikale overvloed zijn wij tenminste nog steeds niet blasé of ondankbaar.

culture club boy george

Maar als Culture Club gedraaid wordt ben ik natuurlijk altijd extra blij, want ik heb dan wel een Culture Club-plaat, maar geen platenspeler

Nooit meer een blogpost missen? Volg Vijf Koffie Graag op Facebook!

6 Comments

Filed under muziek

over oude liefdes (of: soulmates never die) (of: ode aan mijn placebo-dvd)

placebo

Snoezig

Toen ik zeventien was (dat was in 2008, voor het geval dat jullie het moeten weten) ging ik met mijn familie op vakantie naar Thailand. Daar kocht ik een heleboel troep. Een van deze dingen was een zeer goedkope dvd met allerlei videoclips van Placebo. Het was eigenlijk gewoon een illegale dvd, hij had niet eens een doosje en hij haperde regelmatig, maar dat maakte me niets uit – toen ik eenmaal thuis voor de tv zat en alle clips een voor en bekeek, voelde het alsof de hemel open ging en Liefde en Schoonheid en Waarheid zich voor het eerst aan mij openbaarden.

Dit klinkt misschien een beetje melodramatisch, maar dat ben ik nu eenmaal en Placebo is dat ook – we zitten op dezelfde golflengte, zullen we maar zeggen. Ik kan het ook niet helpen dat het allemaal zo heftig was. Alles aan deze band was nieuw voor me: de destructieve sfeer (zo romantisch!), dat rare gitaarspel, die fantastische nasale stem van Brian Molko, die jurken en make-up (en dan niet dat zwarte geweld rond de ogen, nee, Bri droeg gewoon lekker paarse lipgloss). Het was allemaal zo interessant en onbekend en spannend. Het was alsof ik dingen zag waarvan ik altijd al wist dat ze er waren, maar die ik nooit zelf had kunnen benoemen. Zoals ik al zei: Liefde en Schoonheid en Waarheid.

Natuurlijk kende ik deze band al en tijdje, anders had ik die dvd niet gekocht, maar door dit schijfje viel alles pas op z’n plaats. (Ik begon trouwens ooit naar hen te luisteren doordat iemand op YouTube een fanvideo had gemaakt van Interview with the Vampire met Every you every me op de achtergrond. Ik heb PJ Harvey trouwens op exact dezelfde manier leren kennen. Met andere woorden: ik heb mijn muziekleven te danken aan Interview with the vampire. Ik wilde die film trouwens alleen maar per se zien omdat ik er vroeger altijd over las in het Vampierhandboek. Met andere woorden: ik heb mijn muziekleven te danken aan Paul van Loon. Mooi man.)

(Sorry, ik kan niet over Placebo schrijven zonder over PJ Harvey te schrijven. Wisten jullie al dat Brian groot fan van haar is?)

Het waren creatieve tijden, de tijden waarin ik iedere dag ontbeet met mijn Placebo-dvd. Ik schreef veel verhalen (nog nooit had muziek zich zo goed in woorden laten vertalen) en werd zelfs geïnspireerd om op gitaarles te gaan. Mijn gitaar noemde ik Peeping Tom/Slackerbitch – melodramatisch, ik heb het je toch gezegd. Dat ik na een jaar nog steeds alleen maar de Lentewals kon spelen, mocht de pret niet drukken.
(Oké, dat deed het wel. Toen stopte ik er ook maar mee.)

(Overigens was mijn obsessie minder leuk voor mijn familie, want die moesten er iedere keer weer van meegenieten. “Zit je weer van die vieze clipjes te kijken?” zuchtte mijn moeder altijd als ik die dvd weer eens aanzette in de woonkamer. Maar goed, ze vonden het een vooruitgang na mijn PJ Harvey-dvd, daarbij zei het hele gezin alleen maar in koor: “Oh Lisa, dit is echt verschrikkelijk. Dit vind je toch niet echt goed? Dat méén je toch niet?”)

Mijn allesoverheersende liefde voor Placebo ebde pas weg toen ik veel ging luisteren naar andere (ook heel heteronormatieve) (haha grapje) muzikanten zoals Patrick Wolf en The Ark. Ik vond daar uiteindelijk nog meer in dan in Placebo. Zo ging dat, op die leeftijd. Ik had niet vaak een muzikale openbaring, maar als ik er eentje had, dan was-ie heftig ook. Inmiddels is het alweer jaren geleden dat ik zo’n  life changing ontdekking had, iets wat wellicht iets te maken heeft met het feit dat ik inmiddels Een Leven heb – ik bedoel, als je alleen maar een beetje binnen je Placebo-dvd zit te kijken, kun je er makkelijk je hele bestaan en wereldbeeld aan ophangen. Nu zijn er allemaal andere dingen die ik kan doen. En moet doen. Vroeger kon ik me echt niet voorstellen dat ik wel eens een dag niet naar muziek zou luisteren. Nu wil ik regelmatig juist dat iedereen even z’n mond houdt.

Het is ook wel goed om af en toe een beetje afstand te nemen, dat houdt de zaken vers. Als ik nu weer eens naar Placebo luister, ben ik opnieuw in de war over hoe mooi het is, hoe bijzonder en hoe goed gevonden, en mijn hart raakt telkens weer opnieuw vervuld van Liefde en Schoonheid en Waarheid en voel ik toch net zoveel dingen als in 2008. Soulmates never dieweet je wel?

(Lievelingsnummer. En ja, er is ook een Engelse versie, maar in het Frans is hij nog mooier.
En als ik deze classic hoor word ik ook zo gelukkig jongens echt niet normaal.
En deze!)

10 Comments

Filed under muziek, vroegah

onwillekeurige herinneringen en het sting-probleem (en excuses)

Laatst gebeurde er iets vreemds. Ik was in het huis van mijn ouders, mijn tanden aan het poetsen, want ik logeerde daar. Terwijl ik aan het poetsen was, ijsbeerde ik een beetje door de gang, mijn ouders kamer in, mijn broertjes kamer in, je moet toch wat tijdens het reinigen van je gebit. Opeens zette ik mijn voet op een krakende plank van de parketvloer. En ik zweer je, het klonk exact hetzelfde als de eerste toon van Brand new day van Sting.

Nou, en toen was het net alsof ik jaren terug in de tijd ging. Ik blijf in hetzelfde huis, maar alles is anders. In mijn herinneringen aan mijn jeugd is het altijd bijna Pasen of bijna Sinterklaas (dit keer het laatste), mijn vader is altijd macaroni aan het koken, mijn moeder is altijd even naar boven (“De was doen zeker” zei ze toen ik haar dit vertelde), mijn zusje is er nog niet, mijn broertje en ik spelen altijd met de barbies in de woonkamer en op de achtergrond klinkt altijd Sting. Het was een zeer proustiaanse ervaring, al met al.

En weet je wat het ook was? Een beetje raar. Ik luister namelijk heel vaak naar Sting, maar zonder dat ik keihard word teruggeslingerd naar vroeger. Eerst gebeurde dit wel, maar inmiddels heb ik het zo vaak op eigen initiatief geluisterd dat het niet meer bij het verleden hoort, maar bij nu. Of nou ja, Ten Summoner’s Tales hoort eigenlijk meer bij toen ik nog wel thuis  woonde maar op zolder zat, weet ik veel wat ik deed, een Anne Rice-boek lezen of zo, en het album Brand New Day hoort eigenlijk meer bij dat ik op Rotterdam Centraal op de metro sta te wachten. Maar goed, toen was ik al oud, ik had al werk, het nieuwe Rotterdam Centraal bestond al, dus dat hoort ook bij nu.

En dat wil ik helemaal niet. Ik wil kunnen blijven kunnen terugreizen naar wat er ooit was, toen het vervelendste wat er ooit gebeurde nog was dat mijn broertje mij en de barbies wel eens in de steek liet omdat de buurjongen voor de deur stond. Naar altijd bijna Pasen en altijd bijna Sinterklaas. Ik weet niet zo goed wat ik met deze nostalgie kan, maar ik weet wel dat ik het niet kwijt wil.

Alleen kan ik dat dus enkel bereiken door nooit meer een album van Sting op te zetten. En dat wil ik dan weer niet.

Of ik moet iedere keer precies op de juiste manier op je juiste plank gaan staan tijdens het tandenpoetsen, maar dat is ook weer zo’n gedoe.

Zo klonk de parketvloer dus

 P.S. Sorry dat ik de laatste tijd zo weinig schrijf. Het ligt niet aan jullie, het ligt aan mij. Ik heb nogal veel aan mijn hoofd en daardoor heb ik vaak geen zin om een beetje een samenhangende blogpost te produceren. Ik lees nog wel veel blogs trouwens, maar ik reageer zelden – want daarbij moet ik ook weer nadenken en ja dat moet ik al zoveel!

P.P.S. En ik ga écht nog een blog over Heleen van Royen schrijven. Ooit.

P.P.P.S. Toen Brand New Day uitkwam, was mijn zusje al geboren. Sorry, Simone.

9 Comments

Filed under muziek