over complimentjes en mijn flapuit-skills

Ik ken een meisje dat heel goed is in complimenten geven. Als ik met haar samen ben, heeft ze er binnen de kortste keren uitgeflapt hoe goed je haar zit, én dat je een leuke tas hebt, én dat die nieuwe rok je bijzonder goed staat. Alles wat ze zegt, is oprecht. Het is heel leuk om met zo iemand om te gaan, maar tegelijkertijd ook wat moeilijk, want het geeft constant het gevoel dat je iets aardigs terug moet zeggen. (First world problems, ik weet het)

En daar ben ik niet zo goed in. Dat ligt niet aan dit meisje; ze is hartstikke knap en haar outfits zijn meestal wel drie afzonderlijke pluimen waard, maar het lukt mij gewoon niet om die aardige woorden over mijn lippen te krijgen zonder ze al te gekunsteld te laten klinken. Omdat ik er bij voorbaat vanuit ga dat het er zo raar uitkomt dat niemand het gelooft (in de trant van: “Wat zie jij er apart uit”). En op die manier komt het er ook raar uit.

Zo zat ik met hetzelfde meisje crêpes te eten. “Ik hoop dat mijn lippenstift er nog een beetje op zit,” zei ik, niet vissend naar complimentjes, maar oprecht bezorgd over rozerode vlekken die willekeurig tussen mijn bovenlip en kin verspreid zouden kunnen zijn.
“Hij zit er nog goed op hoor,” antwoordde ze, “het is trouwens echt een mooie kleur! Waar heb je die vandaan?”
Ik  deed uitgebreid verslag over hoe deze lippenstift in mijn bezit was gekomen.
“Ik draag eigenlijk nooit make-up,” zei ze.
In mijn hoofd zei ik: echt niet? En er dan nog zo goed uitzien! Ik wou dat ik dan kon! (Ja, ik ben jaloers op mensen die geen make-up hoeven te dragen omdat ze, nou ja, het nooit dragen, en dus niet niet meer op henzelf lijken zodra ze eens geen smeersel op hun gezicht hebben, en dat hun moeders dan geschokt vragen wat er in godsnaam mis met ze is).
Maar ik zei niets. Of nouja, ik zei wel iets, maar het was geen compliment.
Het goede nieuws is dat ze nu niet denkt dat ik vind dat ze make-up moet gaan dragen omdat ik haar make-uploos kopje apart vind.
Ik moet echt werken aan mijn flapuit-skills.

14 Comments

Filed under de ongemakken des levens, mensen

14 Responses to over complimentjes en mijn flapuit-skills

  1. Ik flap er wel vaak complimentjes uit, maar dan krijg je weer een ander probleem, namelijk dat je sommige mensen veel vaker complimentjes geeft dan anderen omdat sommigen gewoon nooit iets hebben wat zo’n compliment over je lippen laat komen… En daar voel ik me ook wel eens stom over.

  2. Ik flap er best vaak dingen uit, maar soms ook nogal onhandig. 😛 En soms ben ik ook gewoon te laat met een compliment te geven, denk ik er eerst in mijn hoofd over na en gaat bijgevolg het gesprek alweer over een ander onderwerp, haha.

  3. Ik ben zelf ook zo iemand die anderen vaak een complimentje geeft! Ik denk soms niet echt na hoe ik iets breng, want het komt vaak spontaan! Ik denk niet dat er wat mis is met wat flapuit te zijn. Dan ben je tenminste oprecht en dat kan ik alleem maar waarderen!

  4. Weer herkenbaar, zodra je na gaat denken over dat je eigenlijk iets moet zeggen, kan je er net zo goed mee stoppen. Of je bent simpelweg te laat of er komt toch iets onzinnigs uit… Zo gaat het bij mij tenminste…

  5. Ja, ik heb dat wel eens in de trein ofzo dat iemand iets cools heeft, een leuke tas ofzo en dat ik daar heel graag iets over wil zeggen, maar dan durf ik niet, omdat ik bang ben dat ze dat stom vinden.

  6. Vaak als iemand een complimentje maakt bij mij heb ik pas in de gaten hoeveel complimentjes ik die persoon wel niet had kunnen geven, als ik eraan gedacht had. Dus als ik vervolgens een compliment maak lijkt ‘t inderdaad alleen maar uit aardigheid (‘om maar iets aardigs terug te zeggen’) ipv gemeend.

  7. Jep, ik ken het. Dan denk ik echt: W-A-U-W, en dan durf ik het eindelijk te zeggen, en dan kijkt degene me aan: meen je dat nou echt? En ja, dan kan ik nog zo hard roepen van wel, dat gelooft ze natuurlijk nooit meer *zucht*

  8. Over make up, trouwens: ik gooi altijd emmers make up over mijn gezicht heen om er vervolgens zo ‘natuurlijk’ mogelijk uit te zien. En dan zeggen mensen tegen je dat je er ‘zo leuk uit ziet, zo zonder make up.’

    Sja, dat was het doel natuurlijk: maar moet je dat dan gaan zeggen? Als je alleen dankjewel zegt (op zo’n compliment) ben je eigenlijk aan het liegen. Als je zegt dat je echt wel make up op hebt, moet je ten eerste toegeven dat je make up er expres make uploos uitziet en dan krijg je dat gesprek weer. Ten tweede beledig je ze dan eigenlijk een beetje, je zegt namelijk eigenlijk dat ze dat niet goed gezien hebben en ze dus niet echt goed kunnen observeren. Bovendien kom je dan weer over alsof je naar meer complimentjes aan het vissen bent. Een soort: ‘Mooie jurk,’ – ‘Oh, dit oude ding?’

    Argh.

    • En daarbij: dan stel je iemand heel erg teleur, want diegene denkt dat je vet knap bent, maar dat is dan helemaal niet zo. De deceptie, ik zou het niet aankunnen. Daarom plens ik altijd maar een hele dikke laag eyeliner op m’n ooglid. Weet iedereen meteen waar-ie aan toe is.

Leave a Reply

Your email address will not be published.