Monthly Archives: September 2014

3x supermakkelijk groen doen

Voor mijn studie ben ik bezig met het onderzoeken van een roman van Octavia Butler. Hierin heeft de mensheid zich door een nucleaire oorlog bijna helemaal uitgeroeid. De weinige overlevers worden gered door aliens, die tevens de aarde restaureren zodat hun genetisch gemodificeerde nazaten daar in vrede kunnen leven.

Dit klinkt misschien grappig, maar ondertussen zijn we met z’n allen de wereld wel aardig aan het SLOPEN. Ik zou eigenlijk beter tips kunnen geven om het einde der tijden te overleven, maar waarschijnlijk ben ik de eerste die eraan gaat want ik heb niet zo’n verstand van dit soort zaken. Daarom besloot ik in plaats daarvan maar wat dingen op een rijtje te zetten die ik doe om de verwoesting van de aarde enigszins af te remmen. Als je hier echt meer over wilt leren kun je beter Mille Pagine of een andere blog over groen doen lezen: mijn tips zijn best wel basic en zeker niet echt schokkend. Desondanks geloof ik erin dat we op de wereld zijn om elkaar te inspireren en kettingreacties te veroorzaken. Dus, bij dezen mijn dagelijkse bijdragen om de wereld te redden:

1) Plastic weigeren

Het niet gebruiken van plastic zakjes in de supermarkt is één van de makkelijkste dingen die je kunt doen om iets milieuvriendelijker te leven. Mijn appels en citroenen gooi ik altijd in deze herbruikbare take5nets. Scheelt misschien wel tweehonderd plastic zakjes per jaar! Toen ik de netjes net had, vond ik ze trouwens enigszins onhandig en was ik bang dat mensen zouden denken dat ik fruit wilde jatten. Inmiddels ben ik daar wel overheen gegroeid. De caissières bij de Jumbo hoor ik er nooit over.

Verder zie ik veel mensen zakjes doen om producten waarbij dit niet nodig is, bijvoorbeeld om één enkele peer, een tros bananen of rode peper. Het is net zo makkelijk om daar gewoon een sticker op te plakken.

En dan heb je altijd nog die welbekende plastic tasjes die je in winkels altijd ongevraagd meekrijgt. Ik weiger ze meestal, maar om eerlijk te zijn ben ik ook vaak te sloom en on-assertief om dit tegen te houden. Omdat ik ze daarna niet zomaar weg wil gooien, bewaar ik ze voor een moment waarop ik ze  nodig zal hebben. Met als gevolg dat ik nu een tas met 249 plastic tasjes erin heb. Maar wie het laatst lacht, lacht het best.

2) Over de datum-eten eten

Het meeste voedsel gaat veel langer mee dan de houdbaarheidsdatum beweert. Nu wil ik niemand aanmoedigen om bedorven vlees te eten, maar bij veel soorten voedsel kun je beter op je zintuigen afgaan dan op de datum op de verpakking. Vooral sauzen en andere dingen in potjes kun je vet lang bewaren, ook als ze eenmaal geopend zijn geopend. Nederlandse producten zitten toch vol E-nummers en andere shit die ervoor zorgen dat ze tot in het einde der tijden te consumeren zijn.

3) Superkritisch zijn bij het kopen van spullen

Ik probeer zo min mogelijk materiële dingen, oftewel ‘spullen’, aan te schaffen. Spullen moeten worden geproduceerd – dat betekent dat er energie en grondstoffen voor moeten worden gebruikt. Ze moeten worden vervoerd en geleverd, wat olie en verpakkingsmateriaal (plastic!) betekent. Met een beetje pech zijn ze bovendien gemaakt door iemand die zichzelf voor een hongerloontje uit de naad werkt. En het ergste? Ik moet het nog bewaren ook.

In het verleden was ik er wel eens slechter in, zoals je ziet aan deze bizar lelijke ketting die ik al bij aankoop extreem lelijk vond maar die desondanks toch een enorme aantrekkingskracht op me uitoefende. Dat is twee jaar geleden en ik heb hem nog steeds niet gedragen.

Nu komt het misschien doordat ik niet zoveel plek heb, misschien heeft het te maken met het boek over opruimen dat ik ooit las, maar ik haat het om dingen te hebben die ik niet leuk vind of niet nodig heb. Overbodige spullen kosten ruimte en energie, want als je ze ziet moet je er weer aan denken en dat is vermoeiend. Het is mijn droom om ooit over alleen maar dingen te beschikken die ik geweldig vind: het liefst allemaal fair trade en tweedehands. Omdat ik bijna nooit die geweldige dingen zie, koop ik maar gewoon heel weinig.

Dit gaat natuurlijk niet vlekkeloos – bij boeken denk ik al snel ‘ach, laat ik de industrie steunen’ en nooit meer de H&M ingaan lijkt ook een onmogelijk streven, maar ik doe mijn best. Als je het moeilijk vindt om niet alles te kopen wat los en vast zit, zul je dat kritische oog moeten trainen;  dus bij alles wat je wilt kopen, nadenken over of je het wel écht mooi vindt, of het wel van goede kwaliteit is, of het wel ergens bij past etc. Als je hard genoeg oefent, is iets stoms kopen niet langer iets leuks, maar gewoon wat het echt is: iets stoms.

14 Comments

Filed under tips en tricks

ik lees wel eens wat, deel acht

Oh jongens, oh jongens, vergeet ik bijna mijn boekverslagen van de zomervakantie in te leveren! En dat terwijl ik in augustus juist heerlijk op een handdoekje heb liggen lezen, met mijn vriend en een zak zure snoepjes binnen handbereik. Hierbij alsnog mijn gelezen boeken van vorige maand:

boeken augustus boekeblog2

Alleen maar nette mensen – Robert Vuijsje

Omdat ik het hoog tijd vond worden om over Alleen maar nette mensen mee te kunnen praten, heb ik dit boek eindelijk eens op mijn e-reader gezet. En ik vond het eh… best wel ingewikkeld. Niet om te volgen, maar om een mening over te vormen. Deze roman, die gaat over een jongen die zoekt naar een ‘intellectuele negerin’, staat namelijk vol met racistische beweringen, en ik weet wel dat die van de hoofdpersoon zijn (dat is ook een beetje een kansloos type) en dat je daar de schrijver niet verantwoordelijk voor mag houden, maar dat is bij dit boek best moeilijk van elkaar los te zien. Erg verwarrend allemaal. Wel goed geschreven, en (ik waarschuw alvast, ik ga dit woord vaker gebruiken in deze blog): erg onderhoudend.

Godin van de jacht – Heleen van Royen

Ook aan dit boek begon ik voornamelijk om erover mee te kunnen praten. Hoewel ik inmiddels alles weet over haar liefdesleven, selfieobsessie en vriendschap met Marlies Dekkers, had ik nog nooit een roman van Heleen van Royen opengeslagen. Ik besloot meteen goed te beginnen met Godin van de jacht, over een vrouw met drie mannen die plotseling zwanger raakt. Ik verwachtte er eigenlijk niet veel van, maar toen! Toen ging ik het lezen en vond ik het al vanaf de eerste bladzijde zowaar goed! Het boek bevat leuke grapjes, een onderhoudend verhaal en een verassend sympathiek hoofdpersonage. (Niet dat promiscue vrouwen niet sympathiek kunnen zijn, maar of andere reden had ik toch een zelfverzekerde bitch als hoofdpersoon verwacht, géén idee waar dat nou vandaan komt.)

Zomerhuis met zwembad – Herman Koch

Ik weet niet waar er meer van zijn – Koch-haters of Koch-lovers. Ik zelf behoor tot de laatste categorie. Hoewel er wel wat aan te merken valt op de ontelbare plottwists die er aan het einde werden opgevoerd, is het al met al een zeer onderhoudend en grappig boek dat me niet geheel onberoerd achterliet. Over een dokter die voornamelijk opereert – ha ha, woordgrapje – in een stomvervelend artistiek milieu, en over hoe zijn gezin plotseling in gevaar komt.

Het spiegelbeeld van de maaier en andere verhalen – Stephen King

Laten we voorop stellen dat ik Stephen King graag leuk wil vinden. Als kind was ik verslingerd aan de boeken aan R.L. Stine en ik dacht altijd dat King een soort Stine voor volwassenen was – net zo Amerikaans, slecht vertaald en gedateerd als Stines tienerboeken, maar ook net zo spannend. Jaren geleden las ik Carrie, en hoewel dat niet helemaal aan mijn verwachtingen voldeed, had ik toch nog genoeg moed en goede wil om te beginnen in de bundel Het spiegelbeeld van de maaier.
Zoals jullie misschien al aan de toon van de vorige alinea kunnen aflezen; ik vond er niets aan. Hij was flauw jongens, flauw.
Ik hou best wel van pulp, zij het op een smakelijke manier opgediend (ik ben immers ook groot fan van Gossip Girl), maar dit was echt niet lekker. Er waren slechts een paar verhalen die enigszins tot de verbeelding spraken, zoals eentje over een vrouw die onmogelijk korte routes reed en over een griezelige teleporteermachine, maar de meeste gingen echt nergens over. Ik verdenk King ervan dat hij maar wat voor zich uit heeft lopen typen zonder te weten waar die verhaaltjes naartoe gingen, want het was een hoop gelul over niet eens iets engs, al werd er af en toe iemand verslonden door een olievlek oid (?).

Tuer le père – Amélie Nothhomb

Zo tegen het einde van de vakantie wilde ik een Frans boek lezen. Mijn vriend (fantastische vent) deed me hierop een aantal Franse tijdschriften en het boek Tuer le père van Amélie Nothomb cadeau. Ik had al veel over, maar nooit iets van Nothomb gelezen. Dat werd dus ook wel eens tijd.
Tuer le père gaat over een puberende goochelaar die in de leer gaat bij de beroemdste goochelaar ter wereld. Dat is leuk een aardig, maar ondertussen valt de puberende goochelaar als een blok voor de vriendin van de beroemde goochelaar. Heel erg oedipaal, inderdaad.
Ik verwachtte dat ik best wel lang met dit boek bezig zou zijn: hoewel het vrij dun was, was het ook vrij Frans. Maar dat had ik dus mis. Je vliegt er zo doorheen. Het verhaal is heel eenvoudig opgetekend, er zitten niet echt veel uitgebreid beschreven gedachten of ingewikkelde tijdsprongen in. Aanrader dus voor als je je Frans een beetje wilt oefenen.

9 Comments

Filed under boeken

helemaal geen zeur

Even een vraagje aan alle bloggers hier: zijn jullie ook altijd zo bang om verkeerd begrepen te worden? Dat iedereen ineens denkt dat je dom bent. Of onaardig. Of verwend. In het echt hoor ik wel eens dat mensen niet weten of ik serieus ben of een grapje maak (om eerlijk te zijn: vaak weet ik het zelf ook niet), dus ik kan me zo voorstellen dat er online ook nog wel eens sprake van miscommunicatie is.

Ik word al helemaal zenuwachtig als ik iets heb geschreven dat enigszins negatief is, zoals mijn vorige bericht. Want jezus, waar zeik ik nou over? Over dat ik in Amsterdam woon? Euh, ja. Sorry. Dat wilde ik gewoon even kwijt, al is dat misschien niet megaslim in een wereld waar iedereen altijd maar blij moet zijn en één negatief bericht beter wordt onthouden dan tien vrolijke.

Maar goed, wat doe je eraan. Het kwade bestrijden met het positieve? Want naast zeikerig, onzeker en een dramaqueen ben ik vaak ook nog eens superblij. Echt waar hoor! Want de volgende elementen in mijn leven zijn he-le-maal geweldig:

1. Orange is the new black. Ja sorry jongens, ik ben pas twee weken geleden begonnen met kijken. Ik geloof niet dat ik ooit een leukere serie gezien heb. Jammer alleen dat ik er geen tijd meer voor heb.

2. Voor mijn studie mag ik boeken over aliens lezen! En onderzoeken!

3.  Ik zag gisteren iemand lopen met een linnen tasje waar Teenage Dirtbag op stond. Voor iedereen die even niet meer weet waarom dit zo geweldig is, check dit:

Ik wil dat tasje ook. Hoewel ze dan waarschijnlijk wel weer naar mijn ID gaan vragen als ik alcohol wil kopen.

4. Ik heb pecorinokaas en casavekroepoek. En ik eet het nu. Allebei ja.

5. Inmiddels zijn er niet zeven maar zestien dagen voorbijgegaan sinds ik The Ring heb gekeken, en ik ben nog altijd niet vermoord.

6. Het ruikt buiten naar herfst. Het voelt buiten als herfst. I love herfst. Dood aan de zomer.

7. PECORINOKAAS CASAVEKROEPOEK PECORINOKAAS CASAVEKROEPOEK.

8. Ik ben geen  Feyenoordsupporter.

9. Ik heb een vader, een moeder, een broertje, een zusje, een nichtje, twee neefjes, twee ooms, twee tantes, twee opa’s, een handvol empathische/hilarische/bizarre vrienden, epische internetmatties, een allerbeminnelijkste hete boy aan mijn zijde, en oh ja, over het algemeen zijn onbekenden op straat ook altijd aardig tegen me, of het nou in Rotterdam, Amsterdam, Parijs of in een uithoek van Engeland is.

10. En ik heb mijn blog. Ik vind bloggen dus echt het allerleukste wat er is, zelfs al lig ik soms wakker omdat ik bang ben dat ik er te veel op zeur, te onbegrijpelijk schrijf of te veel slechte grapjes maak. Maar dat is het uiteindelijk allemaal waard, want weinig maakt mij blijer dan voor me uit typen in WordPress.

Amsterdam uitzicht

Ugh Amsterdam (grapje, grapje)

17 Comments

Filed under metablog

geef mij maar geen gracht

Geef mij maar Amsterdam, dat is mooier dan Parijs, zong ene Johnny Jordaan. Hoewel het nummer gaat over een niet al te goed bevallen tripje naar Parijs, kan hij me niet wijsmaken dat hij ooit een voet in die stad heeft gezet. Anders zeg je toch niet dat je Amsterdam mooier vindt, kom op. Over smaak valt niet te twisten, maar dit is geen kwestie van smaak. Dit is waarschijnlijk gewoon te bewijzen aan de hand van objectief gekozen criteria.

Oké, misschien ben ik nu een beetje stellig. Komt doordat ik momenteel niet op al te beste voet sta met Amsterdam. Waarom kan ik hier helaas niet vertellen, dat is een zaak tussen de stad en mij. Dat ik nu zomaar al mijn vuile was buiten hang is leuk en aardig, maar Amsterdam heeft hier niet om gevraagd. Althans, niet voor zover ik weet.

En dat terwijl ik hier vrijwillig naartoe ben gekomen. Als Rotterdamse tiener verlangde ik intens naar het leven in een stad met oude scheve huizen en die o-zo-mooie grachten. Wat mij betreft had dit ook best Utrecht kunnen zijn, of Leiden, maar omdat je voor psychologie het makkelijkst kon worden toegelaten in Amsterdam, werd het Amsterdam. Toen ik na een half jaar stopte en het jaar daarna begon aan de studie Nederlands, kwam het eigenlijk niet eens meer in me op om naar een andere stad te gaan. Want waarom zou je in godsnaam gaan voor een andere stad dan Amsterdam?

Inmiddels woon ik hier nu een paar jaar, en iedere keer als ik nu door het centrum loop, denk ik: jezus, heb je die verdomde grachten weer.

Vraag me af of ik dat ook zou hebben als ik in Parijs was blijven wonen. Jezus, daar heb je die Eiffeltoren weer. Weer zo’n architectonisch hoogstandje dat één of andere Franse president voor z’n minnares heeft laten bouwen. Nee hè, zie ik daar nou alweer een straat met alleen maar leuke Franse balkonnetjes? Die mensen kunnen ook echt niets anders!

Waarschijnlijk wel hè?

Gedver

Gedver

23 Comments

Filed under de ongemakken des levens

een heuse zondagsplog: verse jus vs de cyborgs

Vroeger had ik nooit door dat mensen op zondag echte zondags-dingen deden, maar sinds ik op Instagram zit, wordt mijn zondag iedere keer weer bedolven onder verse jus, cappuccino’s, kranten, lange wandelingen in een herfstbos en het bingekijken van tv-series onder een dekentje. Nou ja, mijn zondagse Instagramfeed dan. In mijn eigen leven is het niets van dat alles, dus bedankt voor jullie tweedehandse entertainment, vitamine D en andere opkikkers.

Om één of andere reden kom ik zelden aan al dat zondaggerelax toe. Niet omdat ik een rotleven heb, maar omdat ik gewoon altijd wel ‘iets’ moet doen. Dat ‘iets’ is meestal werken of het postmodernisme bestuderen. En vandaag doe ik het gewoon lekker allebei. Daarom besloot ik deze plog te maken, voor iedereen die zich zo verveelt dat-ie erover denkt om een zondagskrant open te slaan. Geniet mee!

 

Ik begon mijn dag met havermout (dat dan weer wel), maar dit heb ik niet op de foto gezet omdat ik toen nog niet wist dat ik deze blog zou gaan schrijven. Tijdens mijn ontbijt heb ik bijna al mijn telefoonapplicaties verwijderd zodat ik de laatste versie van Instagram kon downloaden (ik moet mijn oude telefoon gebruiken omdat mijn gewone kapot is), maar het is niet gelukt. Huilie.

Daarna heb ik mezelf aan het werk gezet met koffie EN thee. You’ve gotta spoil yourself, weetjewel. Kon helaas geen betere foto van de koffie maken, ik heb namelijk geen schuimding dat kopjes koffie zo fotogeniek maakt. Ik heb niet eens melk in huis, dus ik dronk zwarte koffie. Zwarte, oude, slecht gedoseerde dus ranzige koffie.

Toen ging ik weer verder met het lezen van artikelen over cyborgs in a post-gender world. Ik vind het best interessant, maar het ging even moeizaam omdat ik net had bedacht dat ik deze plog zou gaan schrijven en ik me van enthousiasme niet meer kon concentreren.

Toen was het alweer lunchtijd en ging ik een salade maken. Oh, en ook meteen eentje voor morgen. Vroeger maakte ik IEDERE DAG een salade, maar tegenwoordig doe ik het veel minder omdat het te veel tijd kost, zowel om te bereiden als om naar binnen te werken. Een broodje hummus is in drie minuten gesmeerd én opgegeten (oké, dan moet je wel haasten), maar ik was nu drie kwartier bezig. Looooove slow food. Maar ik heb het verstandig aangepakt: ik heb mezelf beloofd dat ik in ruil voor die salade de was vandaag niet hoefde te doen.

Ondertussen luisterde ik naar Sting om toch een beetje een zondaggevoel te krijgen.

En ik las de Beau Monde van januari vorig jaar. Mijn moeder en ik hebben een bladenpakket waarbij je voor weinig geld allerlei soorten oudere bladen krijgt. Met ‘oudere’ bedoel ik een maand ouder, geen halfjaar, maar de Beau Monde lees ik eigenlijk alleen als ik al het andere op heb. Vroeger kon ik de column van Rosalie van Breemen hierin altijd lekker hatereaden, maar tegenwoordig schrijft ze er niet meer voor. Ik mis het gezever over haar ontzettend glamoureuze leventje, dat mogen jullie best weten.

Oké, leuk.

Bij mijn lunch dronk ik trouwens bietensap met spirulinapoeder. Het is NIET zo vies als het eruit ziet.

Daarna at ik een halve reep Tony Chocolonely met karamel en zeezout, maar ik wil jullie niet jaloers maken, dus daar heb ik geen foto van genomen.

Toen ging ik weer verder met artikelen over cyborgs lezen. (Ik heb niet de moeite genomen om een nieuwe foto te maken)

Gelukkig was het mooi weer. Ik had best naar buiten gewild, maar in plaats daarvan heb ik deze blog geschreven. Prioriteiten!

 

Oh trouwens, ik heb vrijdag mijn haar maar weer eens geknipt! Ik wilde het eigenlijk nog ietjepietsje korter doen en op één lengte knippen, maar ik had na een tijdje geen zin meer. Bovendien is het moeilijk om de achterkant recht te krijgen: gelukkig heeft een vriendin aangeboden om dit klusje op te knappen.

Ik zou jullie een foto willen laten zien van mijn nieuwe haar, maar dat kan niet want ik heb geen make-up op.

Oh what the hell, make-up is nergens voor nodig in dit digitale tijdperk.

(Hoewel ik blij ben met mijn kapsel, heb ik toch de neiging om me te verontschuldigen voor de rest van mijn haar: maar ja, het is nu eenmaal dun en futloos, ik moet er maar mee dealen)

Oké, leuk selfiepauzetje gehad, nu verder met de cyborgs.

plogzondag10

Gelukkig ben ik op een redelijk christelijk tijdstip klaar, zodat ik deze blog kan gaan typen.

En dan: eten! Dit is een doggybag van een veganistische Chinees uit Maastricht. Die plek is echt de hemel. Normaal gesproken vind ik het wel prima dat je als vegetariër zo weinig te kiezen hebt in restaurants – omdat ik alles lekker vind, is beslissen welke van de drie gerechten ik neem al lastig genoeg. Maar nu had je! Zo! veel! Ik koos uiteindelijk voor vegetarische ‘kip’ in hete saus. De vriendin met wie ik was nam gepaneerde ‘kip’. Omdat we redelijk snel vol zaten en zij geen doggybag hoefde, heb ik alles maar meegekregen, ha ha ha.

En nu is het bijna tijd om te gaan werken. Gelukkig werk ik vanuit huis en hoef ik mijn geliefde bureaustoel niet te verlaten. Omdat ik op dit moment nog niet heb gewerkt heb ik daar nog geen foto van, maar anders zou ik deze zondagsplog pas posten als zondag al bijna voorbij is. En dat zou toch jammer zijn, want dan krijgen jullie het zondagsgevoel op maandag.

Doei!

 

19 Comments

Filed under fotopost